De vijfde sessie van Meet the Masters, een initiatief van het Filmfestival Oostende dat een blik werpt op een film, de werkwijze en het talent van een vooraanstaand regisseur, en die naar goede gewoonte plaatsvindt in de Grote Post in Oostende, belichtte gisteren de vooraanstaande Amerikaanse auteur en theater- en filmregisseur Elia Kazan.
Actrice Natali Broods kwam er “A Streetcar Named Desire” (1951) voorstellen, ongetwijfeld één van de meest opmerkelijke en bekendste films uit Kazans rijkgevulde filmpalmares. Dat deed ze in een boeiende analyse tijdens een gesprek met Anke Brouwers, docent filmgeschiedenis, scenarist, en auteur van het boek “Mooi zijn en zwijgen: De machtige vrouwen van de Amerikaanse stille film” (2021).
Eerst schetste Brouwers een kort overzicht van de loopbaan van Elia Kazan. In 1909 werd hij geboren in Istanbul uit Griekse ouders en toen hij negen was, emigreerde het gezin naar de V.S. Hij werd er acteur, schrijver, scenarist en regisseur voor theater en film. ‘Als regisseur begon hij zijn carrière bij de Group Theater, een New Yorks collectief dat verbindend theater wilde brengen en veel van wat toen gold als links stukken ensceneerde,’ zo stelde Anke Brouwers in haar inleiding. ‘Vandaag is de Group Theater vooral bekend omdat ze mee aan de wieg stond van radicale vernieuwing in de acteerstijl van het moment. Geïnspireerd door de acteeropvattingen van Konstantin Stanislavski, een Russische theatervernieuwer, geloofden ze dat emotionele eerlijkheid in het spel van een acteur belangrijker was dan eloquentie of toneelkunst. Deze nieuwe benadering of methode werd al gauw ‘The Method’ genoemd. Kazan werd in 1940 ook één van de opzichters van The Actors Studio en een vernieuwende opleiding van acteurs was een feit.’

‘Na Wereldoorlog II werd hij een filmmaker toen de studio’s interesse begonnen te tonen in volwassen, ernstige, sociaal relevante filmverhalen, precies wat Kazan met de Group Theater altijd al had gemaakt. In de late jaren veertig maakte hij films over moeilijke thema’s, over politieke corruptie, antisemitisme, racisme, en later ook meer persoonlijke films over complexe familierelaties. In deze periode voelde hij zich ook vaak gefrustreerd omdat hij door de studio’s werd gevraagd om binnen op sets te draaien terwijl hij geloofde in draaien op locatie—buiten. Zowel location shooting als het gebruik van breedbeeldcomposities waren volgens hem unieke cinematografische kwaliteiten, en die wilde hij ten volle kunnen benutten. Belangrijke thema’s in zijn werk zijn—niet zo verwonderlijk misschien—migratie en ontworteling, de gekwetste en beschadigde man, en de strijd van het individu tegen het establishment.’
‘Kazan’s carrière zou er één worden van artistieke en commerciële successen, maar ook van mislukkingen en politieke controverse. Wat de successen betreft, won hij de grootste prijzen: Oscars, Tony Awards, BAFTA’s, en zijn boeken stonden bovenaan The New York Times Best Sellers lijst. Maar toen hij in 1999 een ere-Oscar in ontvangst mocht nemen, bleef een deel van de zaal met gekruiste armen zitten. Velen in Hollywood hadden hem nog steeds niet vergeven dat hij in jaren vijftig had meegewerkt aan het onderzoek van de House Committee on Un-American Activities, de HCUA [ook gekend als House Un-American Activities Committee, afgekort HUAC], de onderzoekscommissie die jacht maakte op communisten, op mensen in de filmwereld met een communistisch verleden. Wie namen van communisten of ex-communisten wilde noemen voor die commissie, kon zijn eigen vel redden, maar bracht daarmee wel de carrière, de reputatie en soms zelfs het leven van anderen in gevaar. En Kazan had namen genoemd.’
‘De hele affaire heeft een schaduw geworpen op zijn carrière, hoewel hij daarna—na 1952—nog verschillende artistiek lovenswaardige films heeft gemaakt, onder andere “On the Waterfront” [1954], een Oscarwinnaar met Marlon Brando, en CinemaScope-films “Wild River” [1960] en “Splendor in the Grass” [1960]. Zijn laatste film, “The Last Tycoon,” maakte hij in 1976 met Robert De Niro die de rol vertolkte van Monroe Stahr, een figuur gemodelleerd op de legendarische Hollywoodproducent Irving G. Thalberg. In de slotscène zien we Robert De Niro mijmerend wegwandelen met als laatste woorden—en het zouden net zo goed de woorden van Kazan kunnen zijn—‘I was just making pictures.’’
Natali Broods, dit jaar de Master van de 15de editie van het Filmfestival Oostende die voor het FFO als thema ‘family dynamics’ had uitgekozen, is al jaren een vaste waarde in de Vlaamse theater-, film- en televisiewereld. Sterke rollen in tal van films en topseries maakten van haar een ster op Vlaamse bodem, maar ze is ook lid en steunpilaar van het theatercollectief De Hoe, een ‘intergenerationele, interstedelijke theaterspeel- en werkplaats met een thuisbasis in Antwerpen en Gent,’ zoals het op de website van het theatergezelschap staat omschreven.
“A Streetcar Named Desire” (1951, trailer)
“A Streetcar Named Desire” dateert dus uit 1951 en was, na “The Men” (1950) van Fred Zinnemann, de tweede film met Marlon Brando. De legendarische Amerikaanse toneelschrijver Tennessee Williams had het toneelstuk geschreven. Vivien Leigh speelde de vrouwelijke hoofdrol van Blanche Dubois, een lerares Engels op het randje van een zenuwinzinking, die in New Orleans haar zachtaardige zus Stella (rol voor Kim Hunter) gaat opzoeken. Stella is getrouwd met Stanley (Marlon Brando), een man die best te omschrijven is als een brute natuurkracht. Het koppel woont in een klein appartement en wanneer Stella in het ziekenhuis wordt opgenomen om te bevallen van haar kind, zijn Blanche en Stanley op elkaar aangewezen.
De film won vier Oscars, waaronder een tweede Oscar voor actrice Vivien Leigh, nadat ze eerder voor haar rol als Scarlett O’Hara in “Gone With the Wind” (1939) het goud al eens mee naar huis nam. Twee Oscars voor twee totaal uiteenlopende personages in twee totaal uiteenlopende films en filmstijlen. Ook Kim Hunter won een Oscar voor haar rol van Stella.
Het Meet the Masters-gesprek tussen Anke Brouwers en Natali Broods van 31 januari jl. wordt hier in een ingekorte en ietwat bewerkte versie weergegeven; het is ook integraal te beluisteren op de podcast van FFO’s Meet the Masters. Volgende maand, op 21 februari, volgt de laatste Meet the Masters wanneer Dominique Deruddere zijn blik werpt op Francis Ford Coppola’s “Apocalypse Now” (1979).
Wat is jouw band met “A Streetcar Named Desire”? Wanneer heb je de film voor het eerst gezien?
Ik denk dat ik eerst het theaterstuk heb gezien toen ik in Antwerpen op het Conservatorium zat. De Singel lag net buiten de stad; we kregen les en dan bleven we hangen en keken we ’s avonds naar voorstellingen. Ivo Van Hove was er regisseur, hij kwam er vaak en had “Tramlijn begeerte” [Nederlandstalige titel van “A Streetcar Named Desire”] geënsceneerd met Katelijne Damen en Johan Van Assche. Dat was mijn eerste kennismaking; eerst het stuk en dan de film. Ik vond het heel indrukwekkend, heel groots, en Katelijne Damen is nadien een goede vriendin geworden. Maar ik zat daar in de zaal als een jong meisje om te zien wat er allemaal mogelijk was. Nadien heb ik ook de film gezien, ondertussen al lang geleden, en ik herinner mij een zwart-wit film met veel geroep, in de stijl van de films van toen, met sterren die roepen of trekken aan elkaar. Nu ik hem terug heb gezien, zie ik toch die thema’s die komen bovendrijven, zeker in deze tijden van een vrouwbeeld, of wat is er nog hetzelfde gebleven in ons mens-zijn. Want of een film nu oud is of niet, het gaat altijd min of meer over ‘Wie zijn wij?’ of ‘Wat doen wij hier?’ en daarover wordt een verhaal gemaakt. Dus er is veel veranderd, maar ook weer niet.
In de film zijn er een aantal thema’s die herkenbaar of terug actueel zijn.
Ja. Je hebt de rol van Blanche, gespeeld door Vivien Leigh, de vrouw die bij haar zus Stella op bezoek komt. De ene zus is mentaal minder weerbaar, terwijl de andere praktischer door het leven gaat. Stella heeft een man en verwacht een kind; zij komt op bezoek en weet niet zo goed wat ze kan verwachten en wat er van hun band nog rest. In deze tijden wanneer de plek van de vrouw in de maatschappij en mentale issues meer bespreekbaar zijn, valt dat wel op.

Kazan lanceerde ook graag nieuwe gezichten. Vivien Leigh was toen al een grote ster, maar voor Marlon Brando was het zijn tweede film. En als hij binnenkomt, dat is een bom, hé.
En als je hem ziet spelen is het alsof hij al twintig films heeft gemaakt. Een acteur kan geen beter compliment krijgen dan, ‘Je speelt dat personage niet, je bént dat.’ Hij doet het schijnbaar moeiteloos, en dan nog in zijn tweede film. Vivien Leigh had toen al veel meer theater gedaan en betekende veel voor film, maar hoe hij speelt, dat voelt heel modern aan. Ik heb haar ook dingen zien spelen waar ik met open mond naar heb gekeken, zoals haar monoloog aan de waterkant waar ze vertelt wat de pijnpunten in haar leven zijn, dat is heel knap. Daar zie je een actrice haar best doen; zoals bij een lekkere maaltijd, een prachtig kunstwerk of een boek, als het gemakkelijk lijkt, is er meestal heel hard aan gewerkt. Het ogenschijnlijke gemak zorgt ervoor dat het gemakkelijker binnenkomt.
Marlon Brando vertegenwoordigde hier de nieuwe school van acteren—waar Kazan ook zijn schouders onder had gezet—en Vivien Leigh komt uit een totaal andere traditie.
Ik vraag me toch af hoe hij die twee een plaats heeft gegeven, hoe dat voor hem als regisseur moet geweest zijn. In het theater ga je dat vlugger zien dan in cinema. ‘Hé, die spelen anders.’ Het is fascinerend, maar anderzijds denk ik dan, ‘Was dat niet moeilijk?’ In ons voorgesprek had je gezegd dat zij eerst niet gewild was als actrice; hij zat met haar opgezadeld, blijkbaar, omdat zij het stuk al heel veel had gespeeld in theater [in Londen, onder regie van haar man Laurence Olivier]. Hij dacht misschien dacht dat ze al vastgeroeste ideeën had en dat hij haar niet meer kon kneden zoals hij wilde. In die zin komt er misschien iemand op de set die door de andere niet gewild is, en dat het daarom net goed is dat ze haar eigen kleur heeft, haar eigen manier om daarmee om te gaan.
In Hollywood was de regel dat er minstens één ster in de cast moest zitten. Je had dan wel Marlon Brando, maar die was toen nog onbekend. Leigh was een bekende figuur, ze had een Oscar gewonnen voor “Gone With the Wind” [1939], en in de V.S. kende iedereen het personage van Scarlett O’Hara.
Als ik denk aan mijn eigen parcours, dan heb je TV-series waar het echt vooruit moet gaan, en je hebt verschillende acteurs. Een lezing is al een duur iets in Vlaamse televisie, laat staan dat je twee dagen lezingen krijgt. De meeste acteurs proberen dan eens apart af te spreken om ergens een koffie te gaan drinken. Je wíl dat doen, omdat er anders geen tijd voor is. Een tijdje geleden deed ik een casting voor een acteursfilm. Ik moest een scène spelen en wilde eerst m’n jas uitdoen, maar ze zegden, ‘Doe dat maar in de scène.’ Toen dacht ik, ‘Ah, heerlijk.’ Zo ken ik het van de eerste films die ik deed—zoals Marlon Brando iets in zijn mond steekt en eraan knabbelt, of ergens aan zit te prullen. Bij sommige regisseurs mag dat niet, maar ik ben altijd blij als dat wel mag. Zo blijf je mekaar verrassen wanneer iemand iets doet dat je niet verwacht; ik weet uiteindelijk ook niet wat jij seffens gaat doen. Bij mijn eerste film zegden ze me, ‘Gebreukt aw haande’ [lacht], zodat je in een scène iets kan doen.
Je ziet Marlon Brando met vuile kleren, met zweetsporen. Het decor ziet er vuiler uit en ook al is de film op een set gedraaid [Warner Bros. studio], toch heeft de film een zeker realisme. Het is een gesloten wereld, ze geraakt daar niet weg…
…benauwend. En zwart-wit versterkt dat gevoel. Als ik aan zijn latere films denk, dan heb je zoiets van, ‘Oef, kleur.’ De set is heel klein, het is een klein huis, en ze moeten vaak vragen, ‘Mag ik even passeren?’ omdat de ruimte er zo beperkt is.
Kazan wilde het stuk eerst openbreken en tonen wat aan het verhaal voorafgaat, en het filmen op locatie, met de plantage van Blanche, de scènes in de bar, maar uiteindelijk heeft hij toch gekozen om de film te starten waar het stuk begint.
Ik denk dat het interessant is, want Blanche komt binnen en stapsgewijs kom je te weten wat er is gebeurd, dat ze de familiegrond heeft verkwanseld. Als je dat allemaal al toont, valt de spanning voor een deel weg. Ze komt daar binnen en beetje bij beetje kom je meer over haar te weten.

De film is een tijdsdocument. Een aantal zaken worden niet verteld, er wordt gewerkt met suggesties en een delicate aanpak, voor bijvoorbeeld een verkrachting, of om duidelijk te maken dat mensen kunnen genieten van seks.
Dat laatste vind ik wel zichtbaar bij het koppel Stella en Stanley. Dat vond ik niet preuts of zo. En de verkrachting, dat zorgt voor een straf beeld. Wanneer hij vraagt, ‘Mag ik passeren?’ staan ze dicht bij mekaar en er is die spanning van, ‘Laat ze hem passeren of niet?’ En hij beukt met zijn hand op dat bierflesje, en met die spiegel wordt het heel duidelijk. Dat is een sterk beeld van een verkrachting door een gebroken spiegel te gebruiken: als je zoiets hebt meegemaakt, is je spiegelbeeld nooit meer hetzelfde, denk ik. Dat is een sterk beeld.
Verwijzingen naar homoseksualiteit werden dan opgelost door te spreken over een zwakke man, een te gevoelige man, een man die geen man was—zulke bewoordingen.
Maar de blik van de vrouw op homoseksualiteit, dat was mij even ontgaan. Je hebt mannen die onderling zeggen, ‘Dat is een zwakke man,’ maar zij heeft daar ook heel negatieve woorden over. Zij was dan bij een man geweest die homoseksueel bleek te zijn, wat een taboe was, maar zij heeft hem uitgedaagd en vernederd. Daar schrok ik toch wel van. Zo’n beeld is gelukkig al wel voorbij. Kazan heeft het in een aantal van zijn films ook over de vader-zoon problematiek. Dat de vader vindt dat de zoon sterk moet zijn, of in zijn voetsporten moet treden, terwijl de zoon zo hard vraagt om gezien te worden en om geliefd te zijn. Misschien is er in zijn kindertijd of jeugd iets gebeurd. In ieder geval, toen moest de man sterk zijn en hij had het laatste woord, maar het had ook een heel lelijke keerzijde. In “Cat on a Hot Tin Roof” [1958], ook geschreven door Tennessee Williams, daar heb je dat ook. Ze azen op die erfenis, en de vrouwen van die zonen zitten hen mee op te jutten.
Marlon Brando werd toen ook als sekssymbool gelanceerd. Extreem plat, maar verschrikkelijk aantrekkelijk. Er was die dubbelzinnigheid.
Het was lang geleden dat ik Marlon Brando nog jong had gezien. In “Apocalypse Now” [1979] en de latere films zie je nog altijd een knappe kop. Maar als je hem in “A Streetcar Named Desire” ziet in een wit marcelleke, met zijn jong, mooi gezicht, en het feit dat hij acteert on top of it, dat maakt hem ook aantrekkelijk. Ik vind het heel straf hoe hij als acteur door de film beweegt, en de scène met haar aan de kant van het water waarin ze zegt dat ze ooit een affaire had met een zestienjarige student waardoor zij het gevoel heeft, denk ik, dat haar leven misgelopen is—dat zijn twee tegenstrijdige momenten, maar die hebben mij het meeste gedaan. Terwijl ik niet echt voorstander ben van ‘Method acting,’ zoals ik het hoor—want ik heb het nog nooit rond mij meegemaakt—dat een acteur gedurende die hele periode, ook tussen de takes door, dat personage blijft. Ik stel me daar toch serieuze vragen over. Ik heb ook gelezen over de ‘Method acting’ dat het het moment is dat een acteur weet dat het klopt wat hij doet, dat alles in elkaar valt, en de oefeningen dienen om daar te geraken. Maar daar geraken kun je volgens mij ook met andere methodes.
Rond Kazan hangt een controverse nadat hij namen noemde voor de HUAC en daardoor zette hij de rest van zijn carrière in een schaduw. Wat doet dat met naar een film kijken, en hoe gaan we daarmee om?
Hij was zelf lid van de communistische partij, maar heeft er afstand van genomen omdat Stalin veel doden op zijn geweten had. Dus hij stapte eruit en dan moest hij mensen verraden om verder te kunnen blijven werken. Kazan heeft mensen verraden zodat hij verder kon werken en anderen niet, en dat is wel een heel laffe daad, lijkt me. Ik heb een filmpje opgezocht waarin hij voor de Franse televisie gevraagd wordt waarom hij dat gedaan heeft, en hij zei, ‘Ik heb daarover getwijfeld, maar ik denk dat ik toch de juiste keuze heb gemaakt. Ik heb gesproken.’ Maar het is één ding om te spreken; het is nog iets anders dan wanneer je ook schuldig bent en jij wel mag blijven werken. Meer en meer krijgen we nu dingen te horen. Of het nu dat verraad is, of andere verhalen zoals over grensoverschrijdend gedrag, het is een heel moeilijke kwestie. Het is niet aan het publiek om zich uit te spreken over schuld of onschuld; men is onschuldig tot het tegendeel bewezen is. Anderzijds begrijp ik heel goed dat een openbare omroep of een festival of wat dan ook hoort dat er van alles aan de hand is, en toch doen alsof ze dat niet hebben gehoord. Daar komen we nu net uit, uit die periode: doen alsof we dat allemaal niet hebben gehoord. In die film die niet mee naar de Oscars kan, “Corsage” [2022], zou een man zitten die niet onbesproken is, maar ook de regisseuse, de hoofdactrice, de hele cast en crew gaan mee ten onder.

Heb je nog films van Elia Kazan die je bewondert?
Ik vond “Wild River” [1960] heel mooi. Dat was tien jaar na “A Streetcar Named Desire” en die was in kleur. Die film gaat over een gebied waar veel overstromingen waren en ze wilden een dam bouwen om die mensen te redden. Maar er was nog één dame [gespeeld door Jo Van Fleet] die op een eilandje woonde waar zwarte mensen voor haar werkten—eigenlijk slavernij—en dan is er Montgomery Clift die haar moet overhalen om te verhuizen. Hij wordt dan verliefd op haar dochter [rol voor Lee Remick]. Je had in die film politiek, natuur, cultuur; iedereen dacht dat hij het juiste deed, en je had die vrouw die gewoon nee zegde. Uiteindelijk kreeg hij haar weg en ging ze in een huis wonen met een porch, want dat had ze ook bij haar vorige huis, en dan stierf ze vrij snel.
Vind je dat er vandaag regisseurs aan het werk zijn die ook iets nieuws brengen, die iets creëren en met acteurs op een boeiende manier werken?
Als ik denk aan de mensen waarmee ik heb samengewerkt, dan zou ik zeggen Fien Troch en laatst heb ik met Koen Mortier gedraaid, en dat vond ik ook heel interessant. Vergis je niet, ze weten heel goed wat ze willen, hé. Maar er is een gesprek, en hoe Fien in “Home” [2016] die jonge gasten van straat heeft gehaald en zó heeft kunnen doen spelen, chapeau voor die jongeren, maar evenzeer voor haar, want zij heeft het er wel uit gekregen. Bij het gesprek merk je dat die mensen heel goed weten wat ze doen, en ze kunnen op zo’n respectvolle en natuurlijke autoriteit verder duwen. Met Fien is het al iets langer geleden, maar met Koen hebben we nu “Skunk” gedraaid en ik had al eens gehoord dat Koen hard kon zijn op een set, maar die film was zo hard qua materie, over een jongen [gespeeld door Thibaud Dooms] die in een instelling zit—Boris Van Severen, Dirk Roofthooft en ik spelen de begeleiders in die instelling—en die heeft dan zo’n afschuwelijke jeugd gehad dat het een heel harde film is, maar het is goed dat Koen lief was [lacht]. We filmden alles in één stuk. Er werd amper licht gezet; Nicolas Karakatsanis was de cameraman, en we werkten in één boog. Ik vond dat zó fijn om met hem te werken omdat hij iemand is die mij ook verder kan krijgen. En ik vind het heel belangrijk dat ze menselijk zijn en dat we een goed gesprek hebben, dat we het gevoel hebben dat we het sàmen maken. Er mag gerust een hiërarchie zijn omdat het schip maar één kapitein mag hebben, en dat is ook duidelijk—maar respectvol. Dat vind ik belangrijk.
De Grote Post, Oostende
31 oktober 2023
FILMS VAN ELIA KAZAN
CITY FOR CONQUEST (1940) DIR – PROD Anatole Litvak SCR John Wexley (boek “City for Conquest” [1936] van Aben Kandel) CAM James Wong Howe, Sol Polito ED William Holmes MUS Max Steiner CAST James Cagney, Ann Sheridan, Frank Craven, Frank McHugh, Donald Crisp, Arthur Kennedy, George Tobias, Elia Kazan (Googi), Anthony Quinn
BLUES IN THE NIGHT (1941) DIR Anatole Litvak EXEC PROD Hal B. Wallis SCR Robert Rossen (toneelstuk “Hot Nocturne” van Edwin Gilbert) CAM Ernest Haller ED Owen Marks MUS Heinz Roemheld CAST Priscilla Lane, Betty Field, Richard Whorf, Lloyd Nolan, Jack Carson, Wallace Ford, Elia Kazan (Nickie Haroyan), Peter Whitney, Howard Da Silva
A TREE GROWS IN BROOKLYN (1947) DIR Elia Kazan PROD Louis D. Lighton SCR Frank Davis, Tess Slesinger (boek “A Tree Grows in Brooklyn” [1943] van Betty Smith) CAM Leon Shamroy ED Dorothy Spencer MUS Alfred Newman CAST Dorothy McGuire, Joan Blondell, James Dunn, Lloyd Nolan, Peggy Ann Garner, Ted Donaldson, James Gleason, Ruth Nelson, John Alexander, Mae Marsh, Nicholas Ray
THE SEA OF GRASS (1947) DIR Elia Kazan PROD Pandro S. Berman SCR Vincent Lawrence, Marguerite Roberts (boek “The Sea of Grass” [1936] van Conrad Richter) CAM Harry Stradling Sr. ED Robert Kern MUS Herbert Stothart CAST Spencer Tracy, Katharine Hepburn, Robert Walker, Melvyn Douglas, Phylis Thaxter, Edgar Buchanan, Harry Carey, Ruth Nelson
BOOMERANG! (1947) DIR Elia Kazan PROD Louis De Rochemont SCR Richard Murphy (artikel van Fulton Oursler in Reader’s Digest, december 1945) CAM Norbert Brodine ED Harmon Jones MUS David Buttolph CAST Dana Andrews, Jane Wyatt, Lee J. Cobb, Cara Williams, Arthur Kennedy, Taylor Holmes, Robert Keith, Ed Begley, Karl Malden, Brian Keith
GENTLEMAN’S AGREEMENT (1947) DIR Elia Kazan PROD Darryl F. Zanuck SCR Moss Hart (boek “Gentleman’s Agreement” [1947] van Laura Z. Hobson) CAM Arthur C. Miller MUS Alfred Newman CAST Gregory Peck, Dorothy McGuire, John Garfield, Celeste Holm, Anne Revere, June Havoc, Albert Dekker, Jane Wyatt, Dean Stockwell, Sam Jaffe
PINKY (1949) DIR Elia Kazan PROD Darryl F. Zanuck SCR Dudley Nichols, Philip Dunne (boek “Quality” [1946] van Cid Ricketts Sumner) CAM Joseph MacDonald ED Harmon Jones MUS Alfred Newman CAST Jeanne Crain, Ethel Barrymore, Ethel Waters, William Lundigan, Juanita Moore
PANIC IN THE STREETS (1950) DIR Elia Kazan PROD Sol C. Siegel SCR Richard Murphy (adaptatie, Daniel Fuchs; verhaal, Edna Anhalt, Edward Anhalt) CAM Joseph MacDonald ED Harmon Jones MUS Alfred Newman CAST Richard Widmark, Paul Douglas, Barbara Bel Geddes, Jack Palance, Zero Mostel, Dan Riss, Alexis Minotis, Guy Thomajan, Tommy Cook, Tommy Rettig, Elia Kazan (Cleaver)
A STREETCAR NAMED DESIRE (1951) DIR Elia Kazan PROD Charles K. Feldman SCR (adaptatie, Oscar Saul; toneelstuk “A Streetcar Named Desire” [1947] van Tennessee Williams) CAM Harry Stradling Sr. ED David Weisbart MUS Alex North CAST Vivien Leigh, Marlon Brando, Kim Hunter, Karl Malden, Rudy Bond, Nick Dennis, Peg Hillias, Wright King, Richard Garrick
VIVA ZAPATA! (1952) DIR Elia Kazan PROD Darryl F. Zanuck SCR John Steinbeck (boek “Zapata the Unconquerable” (1941) van Edgcomb Pinchon) CAM Joseph MacDonald ED Barbara MacLean MUS Alex North CAST Marlon Brando, Jean Peters, Anthony Quinn, Joseph Wiseman, Arnold Moss, Alan reed, Margo, Harold Gordon, Lou Gilbert, Frank Silvera
MAN ON A TIGHTROPE (1953) DIR Elia Kazan PROD Robert L. Jacks SCR Robert E. Sherwood (verhaal en boek “International Incident” [1952] van Neil Paterson) CAM Georg Krause ED Dorothy Spencer MUS Franz Waxman CAST Fredric March, Terry Moore, Gloria Grahame, Cameron Mitchell, Adolphe Menjou, Robert Beatty, Alex D’Arcy, Richard Boone, Pat Henning
ON THE WATERFRONT (1954) DIR Elia Kazan PROD Sam Spiegel SCR Budd Schulberg (ook origineel verhaal) CAM Boris Kaufman ED Gene Milford MUS Leonard Bernstein CAST Marlon Brando, Karl Malden, Lee J. Cobb, Eva Marie Saint, Leif Erickson, James Westerfield, Tony Galento, Martin Balsam, Pat Hingle, Nehemiah Persoff
EAST OF EDEN (1955) DIR Elia Kazan SCR Paul Osborn (boek “East of Eden” [1952] van John Steinbeck) CAM Ted D. McCord ED Owen Marks MUS Leonard Rosenman CAST Julie Harris, James Dean, Raymond Massey, Burl Ives, Richard Davalos, Jo Van Fleet, Albert Dekker, Lois Smith, Harold Gordon
BABY DOLL (1956) DIR – PROD Elia Kazan SCR Tennessee Williams (toneelstuk “Twenty Seven Wagons Full of Cotton” [1946] van Tennessee Williams) CAM Boris Kaufman ED Gene Milford MUS Kenyon Hopkins CAST Karl Malden, Carroll Baker, Eli Wallach, Mildred Dunnock, Lonny Chapman, Eades Hogue, Noah Williamson, Rip Torn
A FACE IN THE CROWD (1957) DIR Elia Kazan SCR Budd Schulberg (ook verhaal) CAM Harry Stradling Sr., Gayne Rescher ED Gene Milford MUS Tom Glazer CAST Andy Griffith, Patricia Neal, Anthony Franciosa, Walter Matthau, Lee Remick, Percy Waram, Paul McGrath, Rod Brasfield, Marshall Neilan, Kay Medford, Burl Ives, Lois Nettleton, Charles Nelson Reilly, Rip Torn
WILD RIVER (1960) DIR – PROD Elia Kazan SCR Paul Osborn (boek “Mud on the Stars” van William Bradford Huie; boek “Dunbar’s Cove” van Borden Deal) CAM Ellsworth Fredericks ED William Reynolds MUS Kenyon Hopkins CAST Montgomery Clift, Lee Remick, Jo Van Fleet, Albert Salmi, Jay C. Flippen, James Westerfield, Barbara Loden, Frank Overton, Malcolm Atterbury, Bruce Dern, Pat Hingle
SPLENDOR IN THE GRASS (1961) DIR Elia Kazan SCR William Inge CAM Boris Kaufman ED Gene Milford MUS David Amram CAST Natalie Wood, Warren Beatty, Pat Hingle, Audrey Christie, Barbara Loden, Zohra Lampert, Sean Garrison, Sandy Dennis, Phyllis Diller, Gary Lockwood
AMERICA AMERICA (1963) DIR – PROD – SCR Elia Kazan CAM Haskell Wexler ED Dede Allen MUS Manos Hatzidakis CAST Stathis Giallelis, Frank Wolff, Harry Davis, Elena Karam, Estelle Hemsley, Gregory Rozakis, Lou Antonio, Salem Ludwig, John Marley, Joanna Frank, Paul Mann, Robert H. Harris
THE ARRANGEMENT (1969) DIR – PROD Elia Kazan SCR Elia Kazan (boek “The Arrangement” [1967] van Elia Kazan) CAM Robert Surtees ED Stefan Arnsten MUS David Amram CAST Kirk Douglas, Faye Dunaway, Deborah Kerr, Richard Boone, Hume Cronyn, Michael Higgins, Carol Eve Rossen, William Hansen, Harold Gould, Michael Murphy, Barry Sullivan
THE VISITORS (1972) DIR Elia Kazan PROD Chris Kazan, Nicholas T. Proferes SCR Chris Kazan CAM – ED – MUS Nicholas T. Proferes CAST Patrick McVey, Patricia Joyce, James Woods, Steve Railsback, Chico Martínez
THE LAST TYCOON (1976) DIR Elia Kazan PROD Sam Spiegel SCR Harold Pinter (onafgewerkt boek “The Last Tycoon” [1941] van F. Scott Fitzgerald) CAM Victor J. Kemper ED Richard Marks MUS Maurice Jarre CAST Robert De Niro, Tony Curtis, Robert Mitchum, Jeanne Moreau, Jack Nicholson, Donald Pleasence, Ray Milland, Dana Andrews, Ingrid Boulting, Peter Strauss, Theresa Russell, John Carradine, Seymour Cassel, Anjelica Huston, Bonnie Bartlett, Rutanya Alda.
SIS (1990) DIR – PROD – SCR Zülfü Livaneli CAM Jürgen Jürges MUS Zülfü Livaneli, Mikis Theodorakis CAST Rutkay Aziz, Asli Altan, Ugur Polat, Menderes Samancilar, Ülkü Tamer, Oguz Firildak, Elia Kazan (Oude man in het koffiehuis)